Bevallingen aan de lopende band en een huisfeestje!

7 januari 2018 - Sengerema, Tanzania

Dinsdag ochtend kwam er een nieuwe co uit Amsterdam, Frederique, in de plaats van Charlotte die nu klaar was. Tijdens het klaarmaken van het ontbijt kwam ze aan, met haar hele familie die ook even wilden zien waar ze zou verblijven voor twee maanden en waarmee ze al eerder aan het reizen was. Toen ze allemaal weg waren en afscheid hadden genomen van Frederique, hebben we gelijk met z’n allen ontbeten.

Frederique zou de eerste twee weken alleen mee kijken met een paar van ons op de kinderafdeling, omdat haar papieren nog niet helemaal rond waren en ze dan eigenlijk nog niet zelf aan de slag mag. Uiteindelijk bleek twee dagen later alle papieren in orde te zijn, dus dat was sneller dan verwacht.

Na het ontbijt gingen we weer als normaal aan de slag, maar dan wel weer op Labour en niet op de kinderafdeling. De ochtend was vrij rustig, toen we op de labour aan kwamen lagen er wel wat vrouwen, maar niemand zag er echt uit alsof ze aan het bevallen was. Dus begonnen we met het lezen van iedereens papieren om te kijken hoeveelste kind het was en hoeveel cm ze ondertussen waren. Terwijl we dat aan het doen waren, was er in eens uit het niets een baby geboren aan de andere kant van de kamer. Moeder was blijkbaar gravida 7, dat wil zeggen dit is de zevende zwangerschap, dan gaat het allemaal wat sneller. Dus was die baby geboren met drie keer persen.

Het is heel normaal om hier gravida zeven te zijn, maar toen we ’s middags terug kwamen en keken wie er allemaal lagen ondertussen was er ook een vrouw die gravida twaalf was (!). We vielen bijna stijl achterover. Zoveel kinderen en zoveel bevallingen, dan is je baan gewoon kinderen krijgen en ervoor zorgen. Helaas ging deze vrouw niet zo vlot als dat we verwacht hadden en deed de baby het ook niet gelijk helemaal lekker. Uiteindelijk ging het goed hoor, maar ze geven baby’s als ze net geboren zijn altijd scores bij 1 minuut en 5 minuten, doen ze in Nederland ook, de Apgar score heet die. Echter ik keek later op het blaadje wat ze ervan hadden gemaakt, hadden ze veel te hoog gescoord. Schijnbaar is dat een probleem hier. Bleek later in de week ook nog.

Daarnaast heb je dan nog best wel veel primi gravida’s die nog heel jong zijn. Zo was er een van 18 en een van 16 deze dag. Waarbij we bij één een sectio hebben gedaan omdat het niet ging passen, de baby was te groot. Tenminste dat had Dr. David zo ingeschat, dus gingen we een sectio doen. Waar uiteindelijk een baby van 3,5 kilo uit kwam, wat in Nederland het gemiddelde is, maar hier wel een beetje aan de grote kant. Verder deed deze het wel goed, gelukkig.

Dinsdag totaal aantal baby’s opgevangen (inclusief sectio’s) door Eliza en mij: 3. We besloten voor de woensdag een gokje te doen met iedereen hoeveel we er zouden vangen. We gokten allemaal vier of vijf. Dat bleken er na aan het eind van woensdag toch wel wat meer te zijn, namelijk 8 in totaal.

Het begon ’s ochtends al. Ik kwam alleen aan, want Eliza ging nog even terug naar de chirurgie afdeling om wat wonden te doen. Ik kon gelijk aan de slag. De eerste baby had ik opgevangen binnen het eerste half uur dat ik binnen was. Vervolgens volgde snel daarna nog een. De baby’s deden het goed en het ging allemaal goed, zonder dat er hechtingen nodig waren. Vervolgens was er een weer een primi gravida waarbij het niet ging passen. Dr David legde in het Swahili uit aan de moeder dat een normale baby wel had gepast, maar dat deze te groot was omdat het hoofd al vrij ver ingedaald was en de fundus nog steeds erg hoog stond. Tot mijn eigen verbazing kon ik de essentie ervan verstaan, conclusie: sectio. Terwijl de nurses de moeder aan het voorbereiden waren voor de sectio kwam Eliza even binnen wandelen, maar die moest al snel weer weg. Vlak nadat Eliza weg was, was er nog een andere vrouw, gravida 6 ofzo, waar ook in eens een baby werd geboren. Dus die heb ik nog opgevangen voordat ik naar de sectio ging. Eliza had de dag ervoor steriel gestaan bij de sectio dus ik was weer aan de beurt, we wisselen af, plus Eliza was druk met andere dingen. Ondertussen was het één uur in de middag en stond de teller alleen voor mij al op 4 baby’s. Na de sectio was het even wat rustiger, dus besloot ik een vrouw die net binnen was te gaan opnemen. Dus ik keurig alle controles gedaan, vaginaal toucher om te kijken hoe ver ze was. Ik gokte op 4cm, maar wist het niet zeker dus vroeg ik een nurse om nog even te controleren.

Terwijl hij daarmee begon, zag ik ineens aan de andere kant van de zaal een vrouw persen, waarvan ik wist dat ze primi gravida was en een uur geleden nog maar 5cm had. Dus ik schatte dat het nog wel even ging duren, echter toen ik die kant op keek zag ik ineens een hoofd verschijnen. Niemand van de nurses reageerde, ze zaten met z’n vieren aan de tafel, moe te wezen. Dus toen dacht ik, dan moet ik maar wat doen. Dus ik haast me naar die moeder toe, maar voordat ik er was, was de baby er al uit. Er was alleen niemand om hem op te vangen dus viel de baby in zijn plasje vruchtwater/bloed wat zich had verzameld. Dus ik pak snel de baby er uit leg die bij de moeder en probeer de kitenge te vinden waar de baby mee afgedroogd moest worden. Nog steeds komt er niemand helpen. Gelukkig huilde de baby gelijk. Dus de baby afgedroogd en afgenaveld, in een schone kitenge gewikkeld en ergens weg gelegd om de moeder verder te begeleiden. De placenta moest er nog uit. Er had nog net aan iemand oxytocine in een spuitje gedaan zodat ik dat kon geven, maar verder bleef de hulp uit. Dus verder maar in mijn eentje, met de moeder, de placenta geboren laten worden en de vagina gecheckt op scheuren. Toen dacht ik dat ik een scheur zag waar wel een hechting in moest, maar ik ga dat niet doen. Dat kan ik echt niet, echter later toen de nurse eindelijk kwam kijken zei ze dat ze dat niet gingen hechten dus toen was het klaar.

Gelijk geleerd hoe ik de moeder verder moest helpen. Door met alle al vieze kitenge de moeder ‘schoon’  te vegen, om vervolgens schone kitenge op de vieze vuilniszak te leggen, andere kitenge of een kanga tussen de benen om het bloed op te vangen en dan de baby er naast en nog een kitenge er over heen. Als je in Tanzania gaat bevallen, heb je veel kitenge nodig.  

Na al deze hectiek kwam ook Eliza binnen. Toen zijn er daarna nog twee baby’s geboren, die we samen hebben gedaan met een nurse. Meestal doen we dan de verdeling dat Eliza bij de moeder blijft en de placenta en de bijbehorende shida zoals een fluxus op vangt en ik ga dan met de baby aan de slag. Lang niet alle baby’s gaan gelijk huilen. Meestal hebben ze wel flink wat stimulatie nodig en ik heb ook een paar keer gedacht: ‘Oh baby ga nou ademhalen!!’. Hier willen ze ook alle slijm weg zuigen in mond en neus, terwijl we dat in Nederland al lang al niet meer doen omdat daar het probleem niet zit als de baby’s moeite hebben met ademen. Het zit bijna altijd in de longen en dan helpt uitzuigen niet. Gelukkig gaat het tot nu toe allemaal goed. Vervolgens nog steeds wel het probleem van de te hoge Apgar scores door de nurses. Zo was er een baby die Eliza en ik deze middag opvingen, die echt best wel veel stimulatie nodig had en blauw was en slap, zeker nog bij één minuut. Later knapte hij wel op en bij vijf minuten was het iets beter maar nog steeds niet maximaal. Toen ging de nurse de papieren invullen terwijl wij er naast stonden gelukkig want ze wilde invullen Apgar 9 (van de 10) bij één minuut en zelfs 10 bij 5 minuten. Nou echt niet dus. Het was meer 6 bij één minuut en 7 bij 5 minuten.  Als we ze zelf of samen in voeren gaat het dus wel beter, maar dit is wel degelijk een gebrek aan kennis, of het is luiheid dat kan ook overigens.

Toen we ’s middags na de lunch nog terug ging hebben Eliza en ik zelfstandig nog een bevalling gedaan die heel vlot en goed ging zonder problemen met moeder of baby. We voelden ons helemaal trots.

De Laatste dag van deze werkweek in Sengerema viel alweer op donderdag. We zouden ’s middags naar Mwanza gaan, omdat we vrijdag een dagje mee zouden lopen in Bugando Medical Centre. Dat is het ziekenhuis waar wij mensen naar door sturen als het ernstig is en ze hebben genoeg geld of een verzekering. ’s Ochtends vertelde Marie-Jose dat we dan eigenlijk pasjes nodig hadden dat we student in Sengerema zijn. Dus die hebben we geprobeerd te laten maken, echter was het uiteindelijk niet gelukt en bleek het ook geen probleem toen we daar een maal waren vrijdag.

Nadat we dat geprobeerd hadden ’s ochtends gingen we naar Labour ward. Waar een primi gravida lag te bevallen en wij besloten haar te gaan begeleiden. Het leek alsof het niet lang meer zou duren, maar uiteindelijk stonden we best lang te wachten zonder dat er echt vooruitgang was. Ook was het CTG (hartslag van de baby) niet echt heel denderend. Eerst heel hoog en daarna steeds heel laag, ook na een wee ging de hartslag niet weer omhoog. Toen heb ik Dr. David gebeld en gevraagd of hij kon komen. Hij was ook niet tevreden en twijfelde of hij een sectio moest gaan doen. Uiteindelijk was het hoofd al best wel laag en zou het waarschijnlijk wel gaan passen, maar de baby kon dit niet heel lang meer volhouden. Dus toen hebben we weer met een kiwi/vacuümpomp de baby gehaald. Deze keer zonder dat de moeder helemaal uit scheurde. Hij dacht zelfs nog even om een knip/episiotomie te zetten maar het was niet nodig. Uiteindelijk bleek dat de navelstreng strak om de nek van de baby zat. De baby kwam er slap en blauw uit en had ook weer flink wat stimulatie nodig, maar uiteindelijk ging het wel goed met de baby. Omdat het zo strak omstrengeld was, wat zuurstof nodig had en de Apgar zo laag was moest de baby wel geobserveerd worden op de NICU dus die heb ik samen met de nurse daar heen gebracht. Je loopt dan met een baby gewikkeld in kitenge naar buiten via een overdekte pad naar de NICU zonder de moeder overigens. Die mag dan niet gelijk mee, omdat ze eerst moet uitrusten op de Labour ward en op moet letten dat ze niet te veel gaat bloeden.

Ondertussen was Dr. David alweer bij een andere patiënt aan de andere kant van de kamer, die een sectio moest. Weer in verband met een groot kind. Eliza mocht nu steriel staan en ik kon dan het kind opvangen met de nurse van Labour die ook altijd mee komt. Uiteindelijk viel het wel mee met de grote van het kind, 3.2 kg. Wel was ook hier de navelstreng strak om de nek van het kind en was het kind erg blauw en slap. Toen ik het aanpakte en op de tafel legde om te onderzoeken, had het een zeer trage hartslag en deed het kind vrij weinig. Toen ging de nurse natuurlijk eerst uitzuigen, zeer overbodig, maar ze kwam nadat ik met m’n stethoscoop had geluisterd gelukkig snel met masker en ballon om het kind te beademen en na een paar (soort van) insuflatie beademingen ging het kind al wat geluid maken en ging de hartslag omhoog. Ook dit kind moest naar de NICU voor observatie. Daar aangekomen kon ik ook gelijk even kijken hoe het met het andere kind van eerder op de ochtend ging. Die had ondertussen geen zuurstof meer nodig en deed het goed.

Toen ik terug kwam op de afdeling was Eliza op de kleinere zaal naast de grote zaal, alweer bezig met de volgende bevalling, of eigenlijk soort van twee tegelijk, naast elkaar. Gelukkig was de ene iets sneller dan de ander. Dus Eliza heeft de ene gedaan en toen ik de volgende. De moeder en het kind van de bevalling die Eliza begeleidde ging heel goed. Echter toen de vrouw ernaast moest bevallen ging het iets minder soepel. Het was een groot kind, de navelstreng zat heel strak om de nek en het leek even alsof het een schouderdystocie ging worden omdat het kind erg lang alleen met zijn hoofd er uit bleef en we twijfelden of het een turtle sign was. Ik heb nog geprobeerd de achterste arm los te halen, maar dat ging niet zo makkelijk. Gelukkig kwam het kind uiteindelijk wel, maar het moest nodig ondersteund worden. Dus we namen het mee naar de grote zaal waar een baby opvang plek is. Daar waren we bezig met stimuleren en zuurstof geven, toen de nurse tegen mij riep: ‘Ga naar die moeder!’. Dus ik kijk in de richting waar ze naar wijst en twee bedden verder ligt er nog een moeder bijna te bevallen. De nurse roept nog dat ik schone handschoenen aan moet doen, want de adrenaline gierde door mijn lijf. Dus ik snel daar heen. Het hoofd was er al bijna uit en tien minuten later was er een baby, met heel veel vies stinkend groen meconium houdend vruchtwater, maar verder wel oke en een complete placenta. Ondertussen is de routine wel duidelijk dus en het ging allemaal heel vlotjes wat heel fijn was, moeder schoongemaakt en schoon bed gegeven, baby erbij en klaar. De andere baby was ondertussen een stuk beter, maar moest wel ook naar de NICU. Ik hoorde achteraf nog van Eliza dat de moeder ook nog best wel slecht ging kort na de bevalling. Ze had een flinke fluxus (bloedverlies) en moest daarna dan ook flink gevuld worden.

Eliza was aan de andere kant van de kamer ook alweer met Dr. David een andere bevalling aan het doen. Ik stond van een afstandje op zo’n 3 meter mee te kijken, toen het hoofd er uit kwam en daarmee ook een enorme golf vruchtwater die half over Eliza ging, net langs Dr. David en bijna kwam tot waar ik stond. Daarna volgde een vlotte bevalling en ging alles goed gelukkig.

Eliza moest toen weg en toen heb ik nog een laatste bevalling gedaan van een primi gravida. Die heel matig aan het persen was. Gelukkig was mijn woordenschat ondertussen iets uitgebreid wat betreft persen dus ik kon iets beter aanmoedigen. Wat ook heel wonderlijk was, dat er twee mannen de gordijnen weer kwamen ophangen (die blijkbaar gewassen waren (!)), terwijl die vrouw daar lag te persen in haar blootje. Gingen die mannen ook nog eens tegen mij zeggen dat ik haar meer moest aanmoedigen om te persen, ik dacht echt bemoei je met je eigen zaken. Uiteindelijk met wat hulp van een nurse die wat strenger is met persen (sommige nurses slaan zelfs, maar echt hard, gelukkig deze niet), kwam er dan toch een baby uit. Die ook weer behoorlijk wat stimulatie nodig had om het goed te gaan doen.

Het lijkt wel alsof hier veel meer baby’s het moeilijk hebben als ze geboren worden. Ik weet niet zo goed waar dat aan ligt. Misschien de controles tijdens de zwangerschap, of toch te weinig monitoring van de baby tijdens de baring.

Maar goed, het totaal voor deze ochtend komt uit op 7 baby’s. Zelfde als de ochtend ervoor, toen ook 7 en toen ook nog eentje in de middag, dus het totaal van de dag ervoor (woensdag) kwam op 8.

Echter deze middag gingen we nog naar Mwanza, niet iedereen maar alleen Eliza, Eefke en ik. Charlotte ging ook mee naar Mwanza omdat ze klaar was met haar coschap hier. Dus eenmaal thuis na de laatste bevalling, snel mijn spullen ingepakt en toen zijn we via town naar Mwanza gegaan. We zaten in een volle bus dus we moesten staan, alleen op een gegeven moment werd Eliza bijna zo wagenziek dat ze moest overgeven, gelukkig ging het goed en konden we snel daarna bij een raam zitten.

In Mwanza gingen we weer naar onze vaste stek, Remm hotel. De volgende dag zouden we naar Bugando Medical Centre gaan, dus we gingen wat eten en daarna op tijd naar bed. Eliza ging naar de chirurgie dus die moest er chirurgische tijd, 7.30u zijn. Eefke en ik zorgden dat we om 8u er zouden zijn zodat we nog de ochtendoverdracht konden bijwonen.

Toen we aankwamen hebben we eerst gevraagd bij de inlichtingen waar de kinderafdeling was, toen we dat eenmaal hadden gevonden vroegen we naar dr. Mwanaisha waar we mee hadden afgesproken. Echter zij was er nog niet, maar we kwamen een resident doctor tegen die ook in Sengerema was geweest op de kinderafdeling en die ons ook herkende dus we gingen gewoon met hun mee naar de overdracht. De overdracht ging ongeveer hetzelfde als in Sengerema, alleen waren er hier wel echt heel veel kinderen overleden. Met name ook veel neonaten met IRDS, omdat ze namelijk niet echt CPAP of surfactant hebben kunnen ze deze kinderen niet redden. Later vertelde Dr. Mwanaisha dat ze wel bezig waren met het regelen van CPAP en surfactant.

Na de overdracht kwam Dr. Mwanaisha naar ons toe, ze had ons eigenlijk pas ’s middags verwacht, maar wij wilden ook wel mee met de ward rounds in de ochtend. Gelukkig was dat geen probleem. De resident die we al kenden ging ook met ons mee dus dat was een bekend gezicht dat is wel fijn. We gingen als eerste naar de PICU, waar ze letterlijk zes bedden hadden. Het leek een normale kamer en het verschilde ook niet echt met de andere zalen anders dat ze zuurstof konden geven geloof ik. Alle kinderen hadden wel een gewoon bed met lakens van het ziekenhuis, maar er waren nog steeds kinderen die geen scans kregen (er is een CT beschikbaar, als die niet stuk is de helft van de tijd), omdat ze geen geld hadden. Ook was er een kindje wat gedumpt was door de moeder, dus dan draait het ziekenhuis op voor alle kosten. Dat was een van de kinderen met een hydrocephalus(waterhoofd). Waarvan er heel veel kinderen waren. De Neuroloog kwam ook nog langs. Dat was een dikke, grote, Arabische Moslim man met een baard en een typisch hoedje op in een geruite overhemd, zonder doktersjas. Hij was best wel aardig.

We begonnen bij een kind met rheumatic heart disease. Dat is een hart aandoening die je krijgt na een keelinfectie met een groep A streptokok. In Nederland ben je daar veel sneller bij dus heb je minder complicaties. Dit kind was zeer benauwd en met hoge koorts binnen gekomen, waarschijnlijk met een endocarditis. Het was met zuurstof wel aan het opknappen nu.

Daarnaast lag een kind dat onder de dekens lag toen de dokter langs kwam, maar wij hadden eerder gezien dat het kind vel over been was en zeer ernstig ondervoed. Het vreemde was echter dat het kind al bijna twee maanden in het ziekenhuis lang. Dus wij vroegen hoe dat kon, het kind had ook al een sonde. Dus Dr. Mwanaisha keek onder de dekens en schrok. Ze begon gelijk de dietist te bellen. Die kwam langs en vertelde dat ze niet te veel eten konden geven omdat hij ook diabetes had en ze het eten moest aanpassen aan de hoeveelheid insuline. Echter je kan gewoon de insuline ophogen en dan meer eten geven, dus gelukkig werd dat toen ook gedaan, maar wel bijzonder dat dat niet eerder gezien wordt.

Ook waren er natuurlijk mensen die veel te laat komen en dan in te ver gevorderd stadium zitten. Zo was er een kindje van 1 jaar en 2 maanden met een VSD (gat tussen de hartkamers). In Nederland zie je dit al op de prenatale echo’s, maar hier doen ze die niet. Plus dat niemand bij de geboorte naar het hart luistert. Als je nu je stethoscoop er op zette dan hoorde je echt een mega hard geruis. Echter nu heeft het kind ondertussen een pulmonale hypertensie ontwikkeld en kunnen ze het VSD niet meer dichtmaken want dan gaat het kind dood. Echter met de pulmonale hypertensie en het VSD is de levensduur ook niet ouder dan 5 jaar. De moeder was dan ook al gecounseld dat het kind vroegtijdig zou overlijden. Heel triest eigenlijk, want dit was zo makkelijk te voorkomen als iemand bij de geboorte het kind goed had onderzocht.

Op de gewone afdeling lag ook nog een kind met een nefrotisch syndroom die ongeveer 12 jaar oud was, met enorme benen en buik van het vocht dat zich had opgehoopt. Er zat nog net een katheter in want zijn penis was ook helemaal gezwollen. Als je gewoon naar het kind keek leek het wel mee te vallen, maar toen de deken er af ging schrokken Eefke en ik ons rot. Het zag er echt verschrikkelijk uit. Het leek bijna een soort elefantiasis, maar dat is meestal lymfeoedeem en dit was echt vocht. Eefke heeft een tijdje op de nefrologie gezeten in Nederland dus die wist er wel wat van af en begon dan ook gelijk allemaal vragen te stellen om te kijken of er wel adequaat behandeld werd. Het was redelijk oke, maar ze kunnen ook hier in het BMC niet zo veel als dat we in Nederland zouden kunnen.

Na de ward rounds gingen we wat lunchen, bij een soort restaurant plek achter het ziekenhuis. Moesten het natuurlijk weer drie keer vragen waar het was. Uiteindelijk zijn we maar gewoon ee paar mensen gevolgd. Daar hebben we lekker samosa’s gegeten en fanta gedronken. We zijn wel echt afgezet met de prijs, we waren hongerig en niet echt scherp. Pole.

Daarna gingen we naar de poli ofwel OPD (out patient department). Dr. Mwanaisha was tijdens de ronde al heen gegaan. Nadat we het twee keer hadden gevraagd en een keer verdwaald waren, vonden we de kamer waar we moesten zijn. Het was een grote kamer met in de ruimte een lange tafel met vier computers op een rij, aan de andere kant van de tafel stonden stoelen voor de patiënten. Er waren twee onderzoeksbanken voor minimaal zes dokters en alle specialismen zaten door elkaar, waaronder ook de neuroloog die we eerder hadden gezien. Ze hadden wel wonder boven wonder een elektronisch patiëntendossier waar ook de lab uitslagen in te zien waren.

Nadat we dat hadden gezien kregen we nog een snelle rondleiding door het ziekenhuis langs wat afdelingen. Waaronder de NICU en de prematuren unit waar we niet op mochten omdat we gewone kleren aan hadden. Ook mochten we even op de volwassen IC kijken, waar ze zowaar patiënten continu kunnen monitoren en beademen. Ook gingen we langs de Labour ward, waar iedereen wel een eigen hokje van twee vierkante meter heeft met een bed er in om te bevallen, zonder dat je tegen andere bevallende vrouwen aan kijkt. Al een hele verbetering ten opzichte van Sengerema. De rondleiding was om half twee klaar en toen konden we weer naar huis, want Dr. Mwanaisha was druk op de poli, waar we toch niets konden doen.

We gingen met de daladala terug naar het centrum van Mwanza. Daar hebben we nog even over de markt gelopen. Waar we Joyce nog tegen kwamen. Ze heeft ons toen geholpen om voor Eefke een spijkerbroek te kopen. Waar we volgens haar ook veel te veel voor hebben betaald, maar we kregen er echt niet meer af. De prijs was nu omgerekend alsnog iets van zeven euro ofzo. Daarna hebben we wat lekkere dingen gehaald bij de enige bakker in Mwanza om het later in ons hotel op te eten.

’s Middags zijn we nog even naar Tilapia geweest, waar we aan het zwembad milkshakes hebben gedronken. Heel chill. Eliza heeft nog een massage genomen bij een hoog zwangere vrouw die daar werkt in de beauty salon in Tilapia. Daarna gingen we naar het hotel om te douchen en ons klaar te maken voor de avond.

We gingen eten bij Cask, waar we heel lang op ons eten moesten wachten en we toen ook niet eens alles kregen wat we besteld hadden. Toen we moesten betalen, klopte er ook echt niets van het bonnetje en de serveerster snapte er niets van. Het was zelfs zo erg dat Eefke op een gegeven moment heeft gezegd haal maar een kaart dan maak ik wel het bonnetje. Dus zo uiteindelijk bijna één derde minder betaald dan op de oorspronkelijke rekening stond. Heel raar. Gelukkig was de muziek wel heel chill daar en ze hadden op de wc zelfs een spiegel waar je jezelf helemaal in kunt zien. Dat is echt zeldzaam in dit land! Later gingen we nog even naar Tilapia terug, omdat Marlene weer terug was in Tanzania, dat is de Duitse research student. Ze was voor kerst en oud en nieuw terug naar Duitsland gegaan voor een paar weken. Daar hebben we nog een drankje gedaan en toen ben ik met Eliza naar het hotel gegaan.

Eenmaal in het hotel voelde ik mij niet zo lekker en heb eerst 20 minuten op de wc doorgebracht met buikkrampen en waterdunne diarree (sorry voor de details). Dit was helaas een voorbode voor de nacht en zaterdag overdag. Hele nacht slecht geslapen van de buikpijn. Echter moesten we zaterdag weer naar Sengerema omdat we ’s avonds een huisfeestje zouden geven. Dus ik moest met de buikpijn en (gelukkig niet zo frequente) diarree op de ferry en in de bus. Daar zag ik echt tegenop. Het is uiteindelijk goed gegaan.

Twee Nijmeegse meisjes die coschap lopen in Sunve kwamen ook mee voor het feestje. Toen we bij de ferry kwamen was het echt heel hard aan het regenen en in eerste instantie moesten we eigenlijk helemaal omlopen naar het loket voor student tickets, maar de man die de andere twee meisjes had gebracht had het voor elkaar gekregen dat ze toch de kaartjes kwamen brengen. Zodat we gelijk naar de ferry konden rennen in de regen. Op de ferry gingen we in de eerste bus zitten die er op kwam, maar later bleek dat er allemaal mensen uit waren gegaan en dat de plekken eigenlijk wel bezet waren, dus moesten we naar een andere bus. We zaten voorin, Eliza naast het raam, en de bus was goed. Dus het was best een aangename reis.

Precies op tijd thuis voor de volgende majimaji (waterdunne diarree). De rest van de dag heb ik nog wel echt last gehad van mijn buik. Ik denk dat het misschien van de Milkshake is gekomen, maar als je ergens een milkshake zou moeten kunnen drinken zou het Tilapia moeten zijn, zo’n beetje het duurste resort in Mwanza. Thuis ben ik ’s middags in bed gaan liggen, en zo helaas de voorbereidingen voor ons feestje gemist. Waaronder ook het slachten van de geit, geregeld door Dr. Harusha de gynaecoloog van het ziekenhuis. Ook hadden we een DJ geregeld, die met een hele muziek installatie inclusief lichten en mega boxen kwam.

De andere die niet naar Mwanza waren, hadden verspreid over een paar dagen al aardig wat bier verzameld. Verder hadden we wat kratten soda(fris) en paar flessen Konyagi (Tanzaniaanse sterke drank). Wij hadden in Mwanza boodschappen gekocht die alleen in Mwanza gekocht konden worden bij de Uturn. Mamma Elizabeth was speciaal gekomen overdag om samosa’s te maken. Joyce was vrijdag al naar Sengerema gegaan en had geholpen met koken en ook Mandazi gemaakt, een soort oliebol. Eefke had nog een soort gevulde eieren gemaakt met een tomaten prutje. En er waren wat mannen die de geit dus hadden geslacht en daarna kampvuur hadden gemaakt en daarnaast een soort BBQ in de grond om de geit op te bakken. Al met al allemaal lekkere dingen hadden we. Beetje jammer voor mij, door mijn buikshida heb ik er niet veel van gehad. Van de geit wel een stukje geproefd, die was wel heel lekker al moet je wel goed kauwen op de mbuzi(geit).

Gedurende de week hadden we al heel wat mensen uitgenodigd in het ziekenhuis. We waren wel benieuwd wie er allemaal zouden komen. Uiteindelijk waren er best wel wat mensen gekomen, waaronder Dr. Harusha, natuurlijk, en Dr. David en nog wat andere dokters. Ook de broeder van het ziekenhuis en wat van zijn vrienden waren er en zelfs Marie-Jose kwam nog even. Later hebben we ook nog de Tanzaniaanse medische studenten uitgenodigd die thuis waren. Er waren in totaal zo’n 30 man continu denk ik. Ook het 8 maanden oude kindje van degene die de DJ had geholpen was er, super schattig meisje met een mini afro die super zacht is.

We hadden kampvuur, goed eten en goede muziek, en Afrikaanse mensen dus er werd goed gedanst! Heerlijke avond! Aan het einde van de avond nog Konyagi gedronken, omdat Joyce zei dat ze dat altijd geven in Tanzania voor buikproblemen, zelf een klein beetje aan kleine kinderen. Moet zeggen dat ik daarna een stuk minder last had van mijn buik. Of dat nou komt door de Konyagi of dat het gewoon vanzelf minder is geworden, dat zullen we nooit weten.

Zondagochtend moesten we natuurlijk alles opruimen en heel veel afwas doen. Wat heel smerig was door al het geitenvet wat overal in alle pannen en kommetjes zat, omdat ze ook een soort soep hadden gemaakt daarvan. Uiteindelijk was alles schoon en weer opgeruimd. Alle boxen waren weer opgehaald en alle lege kratten waren weer weg gebracht. Iedereen was heel moe dus we hebben het rustig aan gedaan de rest van de dag. Ik heb mijn blog getypt en mijn buik is redelijk rustig gebleven dus hopelijk is het nu over.

Al met al weer een interessante week en leuk weekend! Op naar de volgende! 

Foto’s

2 Reacties

  1. Ingrid Lozer:
    10 januari 2018
    Weer genoten van al je ervaringen! Prachtig verslag!
    Als je thuiskomt heb je een heel boek vol met prachtige verhalen om nooit meer te vergeten!!
    Liefs Ingrid
  2. Harm Aldershof:
    10 januari 2018
    Emmy, wat een boeiende verhalen !
    Ben benieuwd naar wat al die ervaringen voor je betekenen als je weer gaat functioneren in onze gezondheidszorg.
    Succes met alles !
    Gr. Harm